Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hun getelden waren drie en twintig duizend, al wat mannelijk is, [49]van een maand oud en daarboven; want dezen werden niet geteld [50]onder de kinderen Israels, omdat hun geen erfenis gegeven werd onder de kinderen Israels. 49. Hebreeuws, zonen ener maagd. 50. Hebreeuws, in het midden; alzo in het volgende van dit vers.